GENEALOGIE VAN HOORN

“Egidius, waer bestu bleven?” De Mogelijke Connectie tussen Brabantse Families Van Hoorn en het Adellijke Huis Van Horne
Inleiding:
De vraag of Brabantse families Van Hoorn, waaronder mogelijk molenaarsgeslachten, afstammen van bastaardkinderen van het adellijke huis Van Horne, houdt genealogen al langer bezig. J.A.W. Swane opende dit spoor in de Nederlandse Leeuw met de suggestieve vraag: “Niet weinige Muldersfamilies ontsproten aan Adelsbastaarden; men zou zich kunnen afvragen, of misschien ook deze van Horen’s aldus natuurlijke nazaten zijn van b.v. een Hornes?”
Ook binnen de familie Van Hoorn zelf bestond het vermoeden van een connectie. Piet van Hoorn, de laatste molenaar van de Opwettense watermolen, was van mening dat het vroege verwerven van molenrechten op Brabantse rivieren (de Dommel, de Aa en de Rul) door zijn familie hierop wees. Ter gelegenheid van zijn 100-jarige verjaardag verklaarde hij aan journalisten een afstammeling te zijn van de graaf van Hoorn met bezittingen rond Boxtel, waarmee hij vermoedelijk de heren van Horne-Bassigny bedoelde, een 14e-eeuwse zijtak van de Hornes, gesticht door Dirk “Loef” van Horne, de bouwer van Slot Loe(f)enstein. De toevoeging “Loef” of “Lüf” verwijst naar zijn Kleefse grafelijke voorouders aan moederszijde.

Wapen Horne-Bassigny, hierop is duidelijk het karbonkelschild van Kleef te zien.


De Hypothese van Bastaardij:
De suggestie van Swane en de overtuiging van Piet van Hoorn doen vermoeden dat er meer achter de mogelijke connectie schuilt. Swane, een bekend genealoog met veel kennis van Brabantse families, zou zijn vraag niet lichtvaardig hebben gesteld. Ook de heldere geest van de hoogbejaarde Piet van Hoorn suggereert dat zijn bewering mogelijk niet zonder grond was.

Bevindingen uit Genealogisch Onderzoek:
De “Genealogie van Hoorn” uit 2018, waarin Nico van Dinther de Brabantse families Van Hoorn beschrijft, vermeldt een interessante constatering: Philips van Horne, heer van Boxtel (1500*-1541), had bij Iken Jansdochter vier natuurlijke kinderen, waaronder Hendrik. Deze Hendrik wordt in 1541 genoemd in het testament van Philips en zijn wettige echtgenote Clara van Renesse en ontving een jaarrente van 18 gulden. Van zijn overgrootmoeder, Vrouwe Henricken van Ranst, vrouwe van Cantecrode, ontving hij reeds een jaarrente van 42 gulden. Over eventuele nakomelingen van Hendrik is tot op heden niets gevonden, waardoor een direct verband met de latere genealogie onbekend blijft.
Jean Coenen beperkte zich in zijn werk “Baanderheren boeren en burgers een overzicht van de geschiedenis van Boxtel, Liempde en Gemonde” (2004) tot enkele vermeldingen uit de Boxtelse Protocollen. Echter, met de komst van hulpmiddelen zoals Transkribus wordt het makkelijker om inzicht te krijgen in deze teksten, waardoor de natuurlijke kinderen van Philips van Horne Bassigny vaker in bronnen opduiken. Van Dinther lijkt in zijn werk een vergelijkbare suggestie als Swane te doen, maar kan deze evenmin hard maken.

Nieuwe Aanwijzingen en de Rol van Naamgeving:
Tot op heden ontbreekt een expliciete akte die de afstamming bevestigt. Echter, op basis van reconstructie en de “Limburgse vernoemingsregels” is het mogelijk om de ontbrekende schakel te vermoeden. De uitspraak van een tante: “Egidius, waer bestu bleven?” krijgt in dit onderzoek wellicht een nieuwe betekenis. Dit 14e-eeuwse klaaglied bevond zich in de collectie van de Brugse familie Gruuthuse, een familie die door huwelijk verbonden was met de grafelijke hoofdtak van de Van Hornes, wat de aanwezigheid van het lied in hun collectie zou kunnen verklaren.

De Rol van Hofmeester Gielis van Cronenburch:
De vier natuurlijke kinderen van Philips van Horne bij Iken Jansdochter – Hendrik, Adriaan, Jan en Anna – werden erkend door de familie. Uit het testament van 1541 blijkt dat zij werden onderhouden door hun moeder Iken, de hofmeester van de Hornes, Gielis van Cronenburch, en Philips’ wettige echtgenote Clara van Renesse. De verantwoordelijkheid van Gielis van Cronenburch voor de opvoeding en het welzijn van deze bastaardkinderen, na de waarschijnlijke afwezigheid van hun vader vanwege zijn hovelingenbestaan, is een belangrijk gegeven.

Mogelijke Naamgeving via de Hofmeester:
Van Adriaan weten we dat hij enige tijd het vorsterambt in Boxtel uitoefende, en in de Boxtelse Schepenregisters (ORA 065) staat vermeld dat Jan bastaard van Horne een perceel genaamd de Tijvert bij de Boxtelse watermolen in bezit had. Het is denkbaar dat Jan bastaard van Horne een kind verwekte en hem Gielis noemde, naar zijn “stiefvader” en verantwoordelijke na de dood van zijn vader: Gielis van Cronenburch. Deze Gielis van Hoorn zou vervolgens een zoon genaamd Jan Dielis van Hoorn (Joannes Aegidius van Hoorn) kunnen hebben gekregen, de persoon die wij in 1630 als getuige aantreffen bij de doop van het nageslacht van Gielis van Cronenburch.
De aanwezigheid van Joannes/Jan Aegidius/Dielis/Gielis van Hoorn als getuige bij de doop van een kleinkind van Gielis van Cronenburch in 1630 getuigt van een mogelijke langdurige en intieme band tussen de (nakomelingen van de) bastaardkinderen Van Horne en de familie Van Cronenburch, die in het licht van de verantwoordelijkheid van de hofmeester voor de jonge bastaarden na het overlijden van Philips van Horne, zeer aannemelijk wordt. De herhaling van de naam Gielis/Dielis/Aegidius in latere generaties van de vermoedelijke molenaarsfamilie Van Hoorn zou dan een directe verwijzing kunnen zijn naar deze belangrijke figuur in hun vroege geschiedenis. Als man van Ijken Janasr Belaerts komt ook wel Gielis Jan Goijaert Gielis, man van Iken 55-r voor, onduidelijk is of dat deze Ijken betreft.


De Vondst van Joannes Aegidius van Hoorn:
Ondanks vele onderzoekspistes die aanvankelijk doodliepen, werd recent een interessante publicatie van Marcel Mossou ontdekt: “Nederlandse geslachten met de naam (van) Cro(o)nenburg/ch, Een inventarisatie tot ca. het jaar 1700” (Den Haag 2020). Hierin wordt in 1630 een zekere Joannes (Jan) Aegidius (Dielis) van Hoorn als getuige vermeld bij de doop van Guilielma Cronenburch, een kleinkind van Adrianus Gijsbertus Cronenburch.
Deze Adrianus Gijsbertus Cronenburch (overleden 1 januari 1671 te Oirschot) was gehuwd met Mechtildis Joannes van de Loo. Hun dochter Guilielma werd gedoopt op 18 september 1630 te Best, met als getuigen Joannes Aegidius van Hoorn en Joannes Gerardus van de Loo.
Mogelijke Connectie via Naamgeving en Bekendheid:
De aanwezigheid van Joannes/Jan Aegidius/Dielis/Gielis van Hoorn als getuige suggereert een mogelijk nauwe band met de familie Van Cronenburch. Het is opvallend dat in 1560 Gerard van Horne-Bassigny werd geboren en in 1589 Gerardus Dielis van Horen, mogelijk vernoemd naar een oom.
De overlevering binnen de familie van de laatste molenaar van de Opwettense watermolen, Piet van Hoorn, dat hun familie het molenrecht verkreeg van de Van Hornes uit Boxtel, is een ander interessant detail. Zijn uitspraak “Alles heeft zijn tijd” tijdens zijn 100e verjaardag, het devies van de familie Horne-Bassigny dat ook op de schouw van kasteel Gaasbeek te vinden is, versterkt de suggestie van een connectie.

De Vroege Generaties Molenaars en Naamgeving:
De situatie rond de eerste bekende generaties van de molenaarsfamilie is complex. In de Boxtelse schepenprotocollen komen meerdere personen met de naam Dielis voor, waarbij de achternaam niet altijd werd vermeld, wat identificatie bemoeilijkt. Echter, in de vroege generaties komen opvallend vaak dezelfde voornamen voor als die van de bekende bastaardkinderen van Philips van Horne.

Aanvang optekeningen van J.A.W Swane:

Onderstaande tekst is deels overgenomen en deels geredigeerd naar nieuwe inzichten.

MULDERS IN BRABANT VII VAN HOREN, HOORN, HOORNE, HORN.
J.A.W. Swane.

“Niet weinige Muldersfamilies ontsproten aan Adelbastaarden; men zou zich kunnen afvragen, of misschien ook deze van Horen’s aldus natuurlijke nazaten zijn van b.v. een Hornes?”

Met zekerheid werd ons omtrent de oudste stamvader alleen bekend, dat deze als een zekere Geert Dielis van Horen gehuwd was met een Anna van der Voort, dr. v. Peter Ariëns en Maria N. Tevens vonden wij aldaar i) melding gemaakt van een zuster dezer Anneken van der Voort, Jenneken genaamd, gehuwd met Jan Mathijs Boers, alias Vennius of van der Venne, wier zoon, Henricus Vennius, Pastoor van het Groot Begijnhof te Leuven was en fondateur van een viertal beurzen.

Fragment uit het Gruuthuse boek

MULDERS IN BRABANT VII VAN HOREN, HOORN, HOORNE, HORN.
J.A.W. Swane.

“Niet weinige Muldersfamilies ontsproten aan Adelbastaarden; men zou zich kunnen afvragen, of misschien ook deze van Horen’s aldus natuurlijke nazaten zijn van b.v. een Hornes?”

Met zekerheid werd ons omtrent de oudste stamvader alleen bekend, dat deze als een zekere Geert Dielis van Horen gehuwd was met een Anna van der Voort, dr. v. Peter Ariëns en Maria N. Tevens vonden wij aldaar i) melding gemaakt van een zuster dezer Anneken van der Voort, Jenneken genaamd, gehuwd met Jan Mathijs Boers, alias Vennius of van der Venne, wier zoon, Henricus Vennius, Pastoor van het Groot Begijnhof te Leuven was en fondateur van een viertal beurzen.

Portret van de hiervoor genoemde Henricus Vennius (Hendrik van de Ven), bloedverwant van de latere van Hoorns.

Straks zullen we dan ook een tweetal vrouwelijke van Horen’s leren kennen, die als meisjes gegadigden waren voor een dezer beurzen, al waren zij dan slechts van verre familie van Vennius, de Stichter dezer beurzen….

De eerste akten tekenen we op in de heerlijkheid Jekschot waar een zekere Gerrit, zoon van Dielis Mathijssen het cijns de Everse Akker verkoopt:

I

De stamreeks vangen wij bijgevolg aan met :

I.          Dielis van Horen, huwt N.N.

Uit dit huwelijk onder anderen :

1. Gerard, volgt II.

II.        Gerard van Horen. Als eerste vrouw van Gerrit Dielis (nr. II) komt in aanmerking Helena (Heylcken) Diricks, geb. ca. 1580, dochter van Dirick op Jekschot;

Hieruit:

1.       dochter Jenneke.,

zie onderstaande akte: 5 juni 1654
 ‘Alsoo seeckere questie ende verschille was geschapen te geryssen tuschen Jenneken dochtere Geryts Dielis, verweckt by Heylcken dochtere Dirick op Jekschot, met haer gevoegende Jan Diricks, haren wettigen oom, ter eenre, Dielis Geryt Dielissen ende Jan Gerytssen, Jan Peter Joosten als man ende mombor over Anneken syne wittige huysvrouwe, alle naerkynderen des voorschreven Geryt Dielissen, verweckt bij Anneken dochtere Peter Ariens van de Voort, in hennen leven echteluyden, ter andere sijden’, is er een accoord gesloten, ‘aengaende de achtergelaten erffgoederen, rentten door de doot met Geryt Dielis geruymptt’.

* Voorschreven Jennken doet afstand van haar kindsdeel in voorschreven goederen ten behoeve van ‘haere halff sustere, broederen voorschreven’

* hiervoor hebben voorschreven Dielis Jan Geryts en Jan Peter Joosten beloofd 100 Carolus gulden te betalen aan Jenneken; Getuigen: Goyart Peter Rutten en Peter van Valderen, schepenen

{Schepenbank Veghel; invnr. 51, fol. 96-97}

Zijn tweede vrouw heet dus Anna, dochter van Peter Ariens van de Voort

uit dit 2e huwelijk:

2.  Dielis Gerit Dielissen van Horen (III),

3.  Jan Gerit Dielissen van Horen; tr. Willemken Jansen

4.  Anna Gerard Dielisse; tr. Jan Peeter Joosten

Anna van der Voort, dr. van Peter Ariensz. en Maria N.

Gerardus Dielis Hij trouwde op 12-08-1611 in Veghel met Theunisken Jan Lamberts. In Veghel worden (o.a.) gedoopt: ca, juli 1613: Heylken, ca, juli 1614: Joanna. Op 16-08-1637 wordt in Veghel begraven: Joanna in de Asseldonkse hoef, overleden aan de pest.
Datum: Vermeld ca. 1611-1637
Bron: Parochieregisters Veghel.

Uit dit 3e huwelijk onder anderen :

1. Dielis, volgt III.

2. Jan, volgt IIIa.

In de 17e eeuw is Gerrit Dielisse van Hooren eigenaar van een deel van de Villenbraken.

III.       Dielis van Horen, geb. St. Oedenrode, huwt 1e N.N.

Huwt 2e Anna Jan J. Goorts, geb. ca. 1615, overl. Veghel begr. 2-9-1664, waarvan we weten dat zij wordt vermeld als („Anna Aegidy in de Heyhoeve”). „Rodanus” (uit: Rode?= Sint Oedenrode) heet hij inderdaad bij de doop te Veghel van een kind uit zijn eerste huwelijk.
De grootvader van haar man moet al op de Heyhoeve gewoond hebben.

De vervallen boerderij op de Heijhoef 1, Zijtaard (Sitterd), vroeger onderdeel van een cijnsgoed dat behoorde tot de heerlijkheid Jekschot, eens in bezit van Willem die Cruudener die het in leen kreeg van Hertog Jan van Brabant. De originele Heyhoef heeft hier in de buurt gestaan.
Ouderdom van de Heijhoeve
Aanvankelijk stond er slechts één huis. Het behoorde bij 38 bunder leen- en cijnsgoed van de heerlijkheid Jekschot. De landerijen van de Heihoef met de bijbehorende leenmannen van Jekschot worden al genoemd op 12-01-1311 in de uitgiftebrief van de heerlijkheid Jekschot. Aangenomen mag worden dat de eerste bewoning van de Heihoef uit de veertiende eeuw dateert. Het huis wordt genoemd in 1544. Het huis werd in 1881 gesloopt en opnieuw gebouwd op een aangrenzend perceel.

In de beschrijving van het cijnsgoed komt de familie Suermondts voor waarmee Hendrik de Hornes introuwt via Isabella Suermondts eind 16e eeuw:

De kinderen en erfgenamen van Jannen Surmonts Willemss hadden op 7 maart 1529 beloofd een erfcijns 30 stuivers te betalen aan Goerden Jan Marsmanssoen, eigenaar ‘eender hoeven gemeynkyck genoemt die hoeve te Risingen’, gelegen in Veghel. De hoeve was eerder van Michielen Hanrick Michielssoen van Eyndoven. De cijns diende samen met andere cijnzen door Goert betaald te worden aan de heer van Jecscot. Goert Jan Marsmans heeft beloofd aan Jannen Surmonts Janss, mede ten behoeve van alle mede-erfgenamen en kinderen van Jan Suermonts, dat hij voortaan die cijns van 30 stuivers betalen zal.
20-02-1533
R23, fol. 124v.
Willem soene wilneer Dirck Stanssarts had beloofd een erfcijns van 45 stuivers te betalen aan Goerden Jan Marsmanss als eigenaar van ‘die Hoeve te Risingen’, gelegen in Veghel, die voornoemde Goerden kocht van Michielen Hanrick Michielss van Eyndoven. En Goert had Willemen beloofd deze 45 stuivers aan de heer van Jecscot te betalen. Willem Dircxss heeft deze betalingsplicht aan Goert Jan Marsmans afgelost.
13-12-1533
R23, fol. 150r.
Lucas soene wilneer meester Michielen van Eyck heeft het ¼ deel van een erfcijns van 12 Carolus gulden opgedragen en overgegeven aan Jannen soene Jan Vredericx, zijn broers Thyssen en Peteren en hun zussen Beele, Anna, Heylwich, Hilleken en Hanrick. De erfcijns wordt betaald uit ‘eender hoeven’, genoemd die hoeve te Risingen, groot ca. 36 ‘buenderen’, gelegen in de parochie Veghel in de heerlijkheid Jecscot
     – e.z.: ‘die gemeynt van Lieshout’
     – a.z.: het goed van de joffr(ou)en van Rycxstel
     – e.e.: ‘die gemeynt van Vechel’
     – a.e.: de erfgenamen van Roeloff van Haestrecht en anderen

Meester Michiel van Eyck had deze erfcijns gekocht van Michielen Hanricsoen van Eyndoven. Lucas, de verkoper, en Goert soen wyleneer Jan Marsmans mogen deze erfcijns aflossen.

Goert soen wyleneer Jan Marsmans en Lucas soene wilneer meester Michielen van Eyndoven hadden beloofd het ¼ deel van een erfcijns van 12 Carolus gulden te betalen aan de kinderen van Jannen soene wilneer Vrederick Hanricxssoen. De erfcijns wordt betaald uit ‘eenre hoeven’, genoemd die hoeve te Risingen, die van voornoemde Goerden Marsman is, zoals in een schepenbrief beschreven staat. Voornoemde Lucas heeft voornoemde Goerden Janss beloofd dat hij hem deze erfcijns nooit zal vragen te betalen en dat het andere ¾ deel van deze erfcijns niet zal verkopen.
06-07-1534
R23, fol. 179r-179v.
De erfgenamen van Jan Suermonts soene wylen Willems hadden beloofd jaarlijks een erfcijns van 30 stuivers en 6 ganzen te betalen aan Goerden soene wylen Jan Marsmans, om daarmee de grondcijns te betalen die Goert moest betalen aan de heer van Jecscot, uit een hoeve die hij gekocht had van Michielen Hanricxs van Eyndoven en die voornoemde Goert opgedragen heeft aan Willemen soene wylen Maes Loeyen. Goert soene wylen Jan Marsmans heeft verklaard dat deze erfcijns afgelost is door Goessen van de Aelsfoert soene wylen Willems man van Elysabeth dochter wylen Jan Surmonts.
26-01-1539
R24, fol. 15.
Willem soene wylen Thomas Loeyen heeft een erfcijns van 3 Carolus gulden verkocht aan Jasperen Surmonts soene wylen Jans. De erfcijns wordt betaald uit ‘huys, hostat ende hoff’ met toebehoren, groot ca. 4 bunder, gelegen in Veghel op Lyntven, ‘rontom in die gemeynt van Vechel’. Ook uit bepaalde gronden die bij de hoeve behoren die de verkoper eerder kocht van Goerden soene wylen Jan Marsmans, gelegen als voor in Jecscot
     – e.z.: de heer van Rycxstel
     – a.z.: ‘die gemeynt van Lieshout
     – e.e.: de erfgenamen van Roeloff van Haestrecht en anderen
     – a.e.: ‘die gemeynt van Vechel’

Het goed is belast met jaarlijks:
     – een grondcijns
     – 12 Carolus gulden aan verschillende personen
08-02-1541
R24, fol. 317-318.
Willem soene wylen Thomaes Loeyen heeft een erfcijns van 5 Carolus gulden verkocht  aan Jasperen Surmonts soene wylen Jans en Peteren soene wylen Hanrick Hermanss, kerkmeesters van de parochiekerk van Veghel. De erfcijns wordt betaald uit ‘enen huyse, hostat ende hoff’ met toebehoren, groot ca. 4 ‘buenres’, deels ‘ackerlant’ en deels ‘heyvelt’, gelegen in Veghel op Lintven, ‘rontom in die gemeynt van Vechel’. Ook uit ‘seylant, heylant ende weylant’, behorende tot de ‘hoeven’ die Willem, de verkoper, eerder kocht van Goerden soene wylen Jan Marsman, gelegen in Veghel in die heerlucheyt van Jecscot
     – e.z.: het goed van de heer van Jecscot
     – a.z.: ‘die gemeynt’ van Lieshout 
    – e.e.: de erfgenamen van Roelofs van Haestrecht en anderen
      – a.e.: ‘die gemeynt van Vechel’

Het goed is belast met
     – een grondcijns
     – een erfcijns van 12 Carolus gulden aan verschillende personen

Bijschrift: ‘Den voors. chyns van vijff gulden is aen Antonis Jacobsz ende Antonis Henricx, kerckmeesteren gequeten in presentie van schepenen in Vechel opten XIIIen february 1627.’
04-07-1544
R24, fol. 679-680.

Zie Martien van Asseldonk, ‘De Heihoef (1310-1986)’, in: van Vehchele tot Veghel 6 (1986) nr. 20, 100-104; ‘De Heihoef II (1310-1986)’, in: van Vehchele tot Veghel 7 (1987) nr. 21, 7-20.

Dielis Gerardus Dielis. Op 25-08-1682 wordt in Veghel begraven ‘Aegidius Gerardi, villicus in de Heyhoeve’ (‘villicus’ kan vertaald worden met ‘hoevenaar’). De schepenen van Veghel tekenen een dag later het overlijden aan van ‘Dielis Gerrit Dielis opt Zontvelt, laat agter vrou en kinderen’. Zijn vrouw ‘Anne Ogidij in de Heijhoeve’ werd op 02-09-1664 in Veghel begraven. De schepenen noemen haar op 26-08-1664 ‘de huijsvrou van Dielis Gerard Dielis, agter latende kinderen, opt Sontvelt’. Hun kinderen (allen in Veghel gedoopt) waren: Heylwigis (19-01-1642), Elizabeth (07-03-1643), Jan (20-01-1645), Joannes (29-11-1649), Henricus (22-07-1652) en Adrianus (24-01-1655). Henricus Hornkens, van wie zij deze hoeve pachtten, was in 1652 peetoom van zoontje Henricus.
Datum: ca. 1640-1682, vermeld in 1657-1682
Bron: Parochie- en schepenregisters Veghel; VP-1657, nt. 179.

De kaart van de Heerlijkheid Jekschot. Onderin is duidelijk het cijns en leengoed met daarop de Heihoef te zien.
MIN10159E04, 04-09-2002, 14:49, 8C, 8960×12710 (1036+143), 125%, Minuutplan_DIV, 1/80 s, R40.6, G21.7, B29.6 (Martien van Asseldonk, Oud Zijtaard)

R100, fol. 153v (5-2-1735):
Schepenen van Veghel verklaren “dat Gerart, sone Dielis Geerit Dielis, altans molenaar op de watermolen tot Wolffswinckel, ook in desen quartiere gelegen, alhier binnen desen dorpe van Veghel in wettigen houwelijck is verwekt uyt den lijve van Margrieta Roeloffs. Dat den selven Geerart soone Dielis Gerart Dielissen is getrout met Hendrina Peter Marcx ende daar bij onder andere kindere verweckt eene dogtere met name Anna Maria, ons alle bekent.”

Dit gegeven wordt ondersteund bij het overlijden van Dielis in 1682, omdat hij dan een vrouw achterlaat – Anna zijn tweede vrouw was al in 1664 overleden, zie het voorgaande.

Uit het 1e huwelijk met N.N. onder anderen :

1. Gerard-de-Oude, volgt IV.

2. Petrus, volgt IVa.

___________

l) A.R. Brussel: Brabantse Studiebeurzen en Assistance Public et Université, kenbronnen, waarop de heer B. W. VAN SCHIJNDEL zo welwillend was onze aandacht te vestigen.

Uit het 2e huwelijk met Anna :

3. Heylwigis van Horen, ged. Veghel 19-1-1642

4. Elisabetha van Horen, ged. Veghel 7-4-1643, verm. j. overl.

5. Jan van Horen, ged. Veghel 26-1-1645, verm. j. overl. Bij zijn doop heet zijn overgrootvader „Dielis”.

6. Elisabetha van Horen, ged. Veghel 1-6-1647.

7. Joannes van Horen, ged. Veghel 21-11-1649. Ook bij zijn doop wordt de overgrootvader „Egidius” genoemd.

8. Henricus, volgt IVb.

9. Adrianus van Horen, ged. Veghel 24-1-1655.

Zeer waarschijnlijk is Gerard, de Jonge (IVc) geboren uit een derde huwelijk van Dielis Gerit Dielissen met ene Margrieta Roeloffs, zie akte hieronder.

R100, fol. 153v (5-2-1735):
Schepenen van Veghel verklaren “dat Gerart, sone Dielis Geerit Dielis, altans molenaar op de watermolen tot Wolffswinckel, ook in desen quartiere gelegen, alhier binnen desen dorpe van Veghel in wettigen houwelijck is verwekt uyt den lijve van Margrieta Roeloffs. Dat den selven Geerart soone Dielis Gerart Dielissen is getrout met Hendrina Peter Marcx ende daar bij onder andere kindere verweckt eene dogtere met name Anna Maria, ons alle bekent.”

Dit gegeven wordt ondersteund bij het overlijden van Dielis in 1682, omdat hij dan een vrouw achterlaat – Anna zijn tweede vrouw was al in 1664 overleden.:

Dielis Gerardus Dielis. Op 25-08-1682 wordt in Veghel begraven ‘Aegidius Gerardi, villicus in de Heyhoeve’ (‘villicus’ kan vertaald worden met ‘hoevenaar’). De schepenen van Veghel tekenen een dag later het overlijden aan van ‘Dielis Gerrit Dielis opt Zontvelt, laat agter vrou en kinderen’.

Uit het 3e huwelijk met Margrieta volgt:

10. Gerard-de-Jonge, volgt IVc.

IIa.       Jan van Horen, geb. omtrent 1617, want als 81-jarige 24-3-1698 2) nog in leven te St. Oedenrode, huwt Willemke Jansen. In 1666 uitlandig 1). Boedelscheiding hunner onderstaande 3 dochters 14-12-16993).

Uit dit huwelijk :

1. Anna van Horen, huwt Jan der Kinderen, geb. omstreeks 1647, want als 51-jarige 24-3-1698 2) nog te St. Oedenrode in leven. Hun zonen, Willem en Jan der Kinderen, huwen de gezusters Geertrui en Allegonda van Houthum.

2 Goertien van Horen, huwt Adam van Lieshout, uit welk huwelijk te St. Oedenrode gedoopte kinderen, zo Joanna v. L., ged. 2-4-1685 en Maria v. L., ged. 18-12-1685 ; hun zoon, Willem van L., huwt Maria van Limbergen, waarbij hij 7 te St. Oedenrode gedoopte kinderen verwekt, waaronder o.a. Adriana v. L., ged. 21-12-1700.

3. Jenneken van Horen, huwt Jan van de Ven, zoon van Willem.

IV.       Gerard-de-Oude van Horen, huwt Mechtelt van Son, dr. v. Adriaen Willemsz. Zijn testament als weduwnaar 1-5-1713 in St. Oedenrode R 170, f. 112. Hij wordt „halfbroeder” genoemd van o.a. Gerard-de-Jonge van Horen (IVc) *).


Inventaris 189 jaar 1768 folio 127 
Adriaan van Houtum out omtrent taghentig jaren. Jenneke van Houtum, weduwe wijlen Evert van Heessel out omtrent vijf en seeventig jaren, inwoonderen alhier. Dewelke ter instantie van Adriaan Paulisse van Veghel inwoonder alhier hebben verklaert, seer wel gekent te hebben den persoon van Gerit Dielisse van Hoorn, zijnde geweest de halven broeder van Gerit ook wettige soone Dielis van Hooren, geweese molenaar op Wolfswinkel alhier, wiens dogter en klijndogter gepersisteerd hebbende de beurse gefondeert bij de heer Vennis op het Bagijnhof te Loven, en dat dan den eerstgenoemde Gerit Dielisse van Horen is getrouwd geweest met Mechel Adriaan van Son, dat uit dit huwelijk is verwekt een soon met name Adriaan, welke Adriaan van Hooren is getrouwt geweest met Jenneke Willems de Kinderen, sijnde geweest een volle suster van wijlen juffrouw Margareta Willems der Kinderen in leeven Bagijn op het Bagijnhof te Loven, uit welk huwelijk gesprooten sijnde twee dogters de eene genaamt Maria ende andere Meghel. Welke Maria is getrouwt geweest met Paulus van Veghel, vader van de requirant, welke te samen in egte verwekt hebben eene soon met name Adriaan, requirant in deese en eene dogter met name Annamaria sijnde voorgenoemde Adriaan requirant in deesen getrouwt met Ida van de Laar, welke in haer huwelijk te samen verwekt hebben ses kinderen als welke soonen den eene genaamt Hendrik en de tweede Willem en vier dogters met namen Willemijna, Paulina, Maria ende Johanna, en dat voorgenoemde Annamaria is getrouwt met Antonij Habraken, welke te samen in egte verwekt hebben drie kinderen, als twee soonen met namen Arnoldus ende Willem en eene dogter genaamt Maria. Sijnde de tweede dogter van bovengenoemde Adriaan van Horen met namen Meghel getrouwd met Jan van Erp, uit welk huwelijk onder andere is gebooren eene dogter met name Maria, welke heeft geprofiteerd de beurse op het Bagijnhof te Loven gefondeert bij de heer Vennis.

kinderen van Peter bij Maria Petrus Henricus Mathias:
Wilhelmus Peter Dielissen van Horen, ged. Veghel 31-10-1677, get. Aegidius Gerardus (grootvader), Joannes Adrianus, Elisabeth Godefridus, Anna Petrus {RK-doopboek Veghel 1674-1693; invnr. 28, fol. 49v}, overl. Veghel 26-9-1724; 
Henrïca van Horen, ged. Veghel 11-11-1679, get. Adrianus Lucas (uit Heeswijk), Wilhelma Cornelij, Margaritha Aegidj {RK-doopboek Veghel 1674-1693; invnr. 28, fol. 57r} 
Adrianus Peter Aegidius, ged. Veghel 30-11-1681, get. Joannes Henricus van Cleef, Gerardus Aegidij, Elisabeth Henricus Judocus, Elisabeth Joannes (uit Beeck) {RK-doopboek Veghel 1674-1693; invnr. 28, fol. 65v}

Uit dit huwelijk :

1. Adriaan, volgt V.

IVa.     Petrus van Horen, huwt N.N.

Uit dit huwelijk onder anderen :

Wilhelmus, volgt Va.

2. Adrianus van Horen, genoemd bij doop der kinderen van zijn broeder, Wilhelmus.

3. Henrica van Horen, meter bij doop van kinderen van Wilhelmus, haar broeder.

___________

2) St. Oedenrode R 165, f. 10. 3) St. Oedenrode R 165, f. 145.

118

Gevelsteen op het huis in het Spaans kwartier op het Groot Begijnhof te Leuven met één van de fondateurs Henricus Hornkens.

IVb.     Henricus van Horen, ged. Veghel 22-7-1652 (Rev. Dnus Henricus Hornkes S.T.Lic. et Pastor et Canonicus S. Jacobi Lovany, c.l.s. Franciscus Wonders Schijndelius, et Anna Jois Petri Oed.), huwt Liempde 26-4-1676 Anneken van der Crabben, dr. v. Jan, Mulder op de watermolen van Gasteren onder Liempde, en Anthonisken Jansen4). Van 1678-1690 was hij Mulder te Lieshout en in opvolging van Jan Hendricx van Brekel vanaf aanvang 1697 voor de tijd van 6 jaar op de watermolen van Wolfswinkel onder St. Oedenrode naar de pachtcedulle dd. 7-2-1697 (St. Oedenrode R 164, f. 193), waarin als borgen genoemd worden zijn broeder, Gerard, en zijn zwager, Anthoni van der Crabben.

De Kasterense watermolen bij Liempde (Boxtel)

Een zijner dochters, Mariken van Horen (IVb, 6), dingt naar een der in de aanhef dezer genoemde 4 beurzen van Vennius, waartoe ten verzoeke van haar vader 24-3-1698 2) een attestatie wordt afgelegd door „Jan Gerrit Dielis”, oud omtrent 81 jaar (IIa), en diens schoonzoon, Jan der Kinderen (IIa, 1), oud 51 jaar, beide woonachtig te St. Oedenrode, waarin zij verklaren, dat Henricus Dielissen van Horen een dochterken, Mariken, op dat moment ongeveer 9 jaar, verwekt heeft bij Anneken Jansen van der Crabben, welk Mariken bloedverwant is van zaliger den heer, Henricus Vennius, in sijn leven Licentiaat in de Godtheyt en Pastoor van het Groot Begijnhof te Loven. Mariken dong met succes naar deze beurs, want als zij trouwt, blijkt zij te . . .Loven woonachtig!

Deel van de tekst waar de vermelding van Henricus Vennius staat op aan dezelfde gevel waar Henricus Hornkens wordt getoond.

Uit dit huwelijk:

1. Anna Maria van Horen, ged. Liempde 27-1-1677, huwt St.Oedenrode 26-4-1701 Adriaen Leyten, ged. Zeelst 1-11-1675, woonachtig tot aan zijn huwelijk Gennip, daarna Strijp, zn. v. Josephus en Margaretha Baekermans, vermoedelijk Mulder. Ontlastbrief voor haar naar Strijp in Liempde R 83, f. 66, dd. 25-7-1703.

2. Anthonia van Horen, ged. Lieshout 26-9-1678.

3. Wilhelma van Horen, ged. Lieshout 5-1-1681, begr. St. Oedenrode 10-4-1750, huwt ald. 10-12-1702 Pieter Teulings, ged. Helvoirt 11-2-1669, overl. St. Oedenrode tussen 1736 en 1740, zn. v. Nicolaas Hendriksz. en Catharina Con-

____________

4) ANTHONISKEN was dr. v. JAN Claessen MERCX en zuster van LUCAS MERCX, geh. m. MAYCKEN JAN WOLFFS, MULDER te ST.OEDENRODE.

stantsdr. van Beurden, Mulder up de Borgmolen onder St. Oedenrode. Zij was zijn 3e echtgenote.

De Borgmolen te St. Oedenrode.

4. Joanna van Horen, ged. Lieshout 7-3-1683, huwt Adriaen Henselmans.

5. Deliana van Horen, ged. Lieshout 19-2-1686.

6. Maria van Horen, ged. Lieshout 24-1-1688, woont in Leuven, als zij trouwt, in het genot van een Vennius-beurs, huwt Oirschot 10-3-1715 Hendrik Teulings, ged. Helvoirt 22-11-1678, zn. v. Nicolaas Hendricksz. en Catharina Constantsdr. van Beurden. Hisruit 6 te Oirschot ged.

Kinderen:
7. . . . . . . . . van Horen, ged. Lieshout 7-12-1690, een dochter, wier naam bij de doopinschrijving niet vermeld werd.

8. Hendrik van Horen, genoemd in een der Brusselse bronnen l).

IVc.     Gerard-de-Jonge van Horen, huwt Hendrina Merx. Vermoedelijk in regelrechte opvolging van zijn broeder, Hendrik (IVb), werd hij Mulder op de watermolen van Wolfswinkel onder St. Oedenrode. Reeds 15-2-1711 althans vonden we hem in N 7240 als zodanig genoemd,

waarna we hem in diezelfde qualiteit herhaaldelijk ontmoetten in het Schepenprotocol van Son en Breugel, zo in R 50, dd. 4-1-1723, in het gezelschap van Adriaen van Lieshout, Mulder op de watermolen van het naburige Son, en ibidem, dd. 5-4-1727, als er beslag op zijn buiten zijn territoir gaanden molenkar wordt gelegd, als ook in R 52, f. 17, dd. 18-5-1733, f.25, dd. 20-10-1733, f. 25v, dd, 29-10-1735 en f. 177v, dd. 3-5-1738, op welk beide laatste plaatsen ook zijn vrouw mei haar volledige naam wordt genoemd.

De Wolfwinkelse watermolen onder St. Oedenrode.

Tenslotte kwamen we hem nog een laatste maal tegen in Son en Breugel R 55, f. 102, dd. 30-11-1757, alwaar van hen.gezegd wordt, dat hij toenmaals 2 jaar geleden, dus omtrent 1755, al overleden was.

Uit dit huwelijk :

1. Margriet van Horen, ged. St. Oedenrode 1-10-1701, begr. Waalre 6-12-1779, huwt St. Oedenrode 30-7-1723 Luycan Smulders, geb. Waalre 1698, begr. ald. 14-2-1754 („Laet nae vrouw en 5 kinder”), zn. v. Peeter.

2. Peter, volgt Vb.

3. Mechel van Horen, ged. St. Oedenrode 7-12-1710, huwt 120 ald. 30-1-1735 Wïllem van der Flaesse, geb. Leende, wonend Son.

4. Egidius, volgt Vc.

5. Anna Maria van Horen, ged. St. Oedenrode 8-6-1718, huwt ald. 30-4-1741 Jan van der Heyden, geb. en won. Steensel.

Zij dong als jong meisje naar een der Vennius-beurzen 1).

6. Jan, volgt Vd.

V.        Adriaan van Horen, overl. voor 1-5-1713, huwt Joanna der Kinderen, overl. na 1-5-1713, dr. v. Willem.

Pagina uit een genealogisch manuscript dat in de jaren ’70 door Mw. A.J. Der Kinderen – de Leitner over o.a. een Susanna de Hoorne aan het antiquariaat van der Steur is gestuurd.

Uit dit huwelijk :

1.Machtelt van Horen, huwt Jan van Erp 5). Hun dochter Marie van Erp, in het genot van een Vennius-beurs *).

2. Marie van Horen, huwt Paul van Vechel. Mechtelt en Marie 1-5-1713 nog minderjarig (St. Oedenrode R 170.f. 112).

Va.       Wilhelmus van Horen, overl. Veghel 26-9-1724, huwt St. Oedenrode 12-2-1708 Ie. Maria van Rijsingen, dr. v. Gerard Dirksz., overl. Veghel 5-1-1716, huwt 2e Veghel 31-1-1717 Catharina N., dr. v. Lambert Hendriksz.

Uit het 1e huwelijk :

1.Petronella van Horen, ged. Veghel 20-11-1708, huwt St. Oedenrode 9-8-1732 Thomas Raaijmakers, geb. ald. 1705, zn.v. Willem, waaruit kinderen, gedoopt St. Oedenrode.

2. Maria van Horen, ged. Veghel 8-11-1710, verm. j. overl.

3. Gerardus, volgt VI.

Uit het 2e huwelijk :

4. Maria van Horen, ged. Veghel 29-9-1717, overl. St. Oedenrode 1-3-1731.

5. Anna Maria van Horen, ged. Veghel 1-4-1723.

Vb.      Petrus van Horen, ged. St. Oedenrode 1706, huwt ald. 4-11-1731 Joanna Maria van den Heuvel, ged. ald. 1709, dr. Van Bartholomeus. Hij fungeerde als Mulder te Erp.

Uit dit huwelijk :

1. Maria van Horen, ged. Erp 6-8-1732 (Bartholomeus van den Heuvel et Hendrina van Hoeren), huwt St. Oedenrode 13-4-1755 Mathijs Tijssen, geb. Veghel. Uit hen werd 13-3-1756 te St. Oedenrode een zn, Petrus Tijssen gedoopt.

2. Petrus, volgt VIa.

_____________

5) Jan van Erp was 71. v. Peter. Hij verheft een leen op Vülebrack te.St. Oedenrode ten Leenhof v.h. Gulden Huis te Rixtel (Heerlijkheidsarchief Rixtel 10, f. 179, dd. 20-7-1701.

3. Maria Anna van Horen, ged. Erp 24-6-1736 (Magrita Lucas Smolders), huwt St. Oedenrode 3-2-1760 Jasper van Schijndel, geb. Erp.

4. Gerardus van Horen, ged. Erp 3-9-1738 (Joannes van Hooren et Maria van den Heuvel).

Op 23 maart 1764 koopt een Geraard van Hooren de Couveringse Molen van Bartel van den Heuvel volgens Brock, beschryvingen der Vryheyd Sint Oden-Rode:

5. Henrica van Horen, ged. Erp 13-5-1742 (Dielis van Hoorn ex Wolfswinkel et Joanna dictus Smits). De vader : „Mlitor !”

6. Henricus, volgt VIb.

Vc.      Egidius van Horen, ged. St. Oedenrode 9-2-1714, huwt 1e.

Maria van der Schooth, dr. v. Wouter,

huwt 2e. St. Oedenrode 12-12-1745 Gertrudis van der Quinen, ged. Son . . . . . .1715, dr. v. Joannes. Mulder op Wolfswinkel – St. Oedenrode.

Uit het Ie huwelijk :

1. Aldegundis van Horen, ged. St. Oedenrode 6-11-1736 (Maria Joannis van Horen et . . . )

2. Amoldus van Horen, St. Oedenrode 3-5-1738 (Adrianus Joannis van Horen et . . . )

3. Henrica van Horen, St. Oedenrode 7-9-1741 (Michael van Horen et Anna van Delft).

4. Henrica van Horen, St. Oedenrode 27-5-1743 (Adrianus van Horen et Catharina van der Schoodt).

Uit het 2e huwelijk :

5. Henrica van Horen, ged. St. Oedenrode 15-4-1746 (Gerardus van Hoorne et Elisabeth van Lieshout), huwt ald. 9-10-1774 Jacobus Bogaers, geb. Veldhoven, woonachtig in Strijp.

6. Joanna van Horen, ged. St. Oedenrode 12-5-1747, huwt ald. 10-10-1772 Gerardus van Horen, ged. ald. 12-12-1742.zn. v. Gerardus en Ida Hulsen (VII b).

7. Gerardus Horen, ged. St.Oedenrode 18-9-1748 (Joannes van Hoorn et Joanna Maria Jan Sijmens).

8. Joannes van Horen, ged. St. Oedenrode 27-12-1750 (Petrus van Hoorne et Joanna van Lieshout).

9. Joanna Margaretha van Horen, ged. St. Oedenrode 9-4-1752 (Petrus van Hoorne et Joanna van Lieshout).

10. Petrus, volgt VIc.

Vd.      Joannes van Horen, genoemd in een der hoger genoemde Brusselse kenbronnen l), huwt
Petronella Verhalien, dr. v. Anthony.

Uit dit huwelijk :

1.Petronilla van Horen, ged. Erp 28-4-1752 (Joes Anthony Verhallen et Maria Petri van Hoorn).

2. Geertrudis van Horen, ged. Erp 20-4- 1755 (Maria Petri van Horen molitrix et Dilis sive Egidius Gerardi van Horen).

VI.       Gerardus van Horen, ged. Veghel 6-6-1713, huwt St. Oedenrode 20-11-1735 Ida Hulsen, geb. St. Oedenrode 1716, dr. v.Gerardus en Joanna Hurx.

Uit dit huwelijk :

1. Wilhelmus, volgt VIL

2. Joannes, volgt Vila.

3. Gerardus, volgt Vllb.

4. Maria van Horen, ged. St. Oedenrode 6-3-1744 ( . . . . . . . . et Anna Maria van Hoorn), huwt ald. 2-2-1766 Bartholomeus van den Berck, ged. Son, zn. v. Aert, waaruit ald. ged. kinderen.

5. Adrianus, volgt VIIc.

VIa.     Petrus van Horen, ged. Erp 28-4-1734 (Hendrina Gerrits van Horen nomine Gerardi van Horen), huwt 6) Martina Schalcx, ged. Boxtel 22-6-1744, dr. v. Franciscus en Wilhelma Gerardi Roovers.

Uit dit huwelijk :

1. Petrus, volgt VIId.

2. Maria van Horen, ged. Stiphout 21-9-1773 (Gerardus Horn et Maria Schalckx).

3. Franciscus van Horen, ged. St. Oedenrode 14-6-1784 (Petrus Thomae Schalcx et Antonia Coppens),

4. Gertrudis van Horen, ged. St. Oedenrode 23-7-1787 (Gerardus van Veghel et Joanna van Horen).

5. Bartelina van Horen, ged. St. Oedenrode 8-7-1790 (Joannes van Oers et Henrica van Nistelroy).

VI b.    Henricus van Horen, ged. Erp 4-6-1744, huwt Antonia Coppens.

Uit dit huwelijk :

1. Petrus van Horen, ged. Oirschot 20-11-1773, landbouwer, overl. Son en Breugel 29-4-1837, huwt 1e Catharina van de Grint, huwt 2e Èlisabeth van den Hurck.

2. Maria van Horen, ged. 10-7-1778 (Nicolaus Koppens et Maria van Horen) te Oedenrode.

6) Petrus en Martina huwden te Eindhoven 28-7-1771.

3. Joanna van Horen, ged. St. Oedenrode 9-6-1780 (Christianus Coppens et Maria Anna van Horen).

4. Bartholomea van Horen, ged. St. Oedenrode 30-6-1782 (Ferdinandus de Leur et Joanna Groeimans).

5. Henrica van Horen, ged. St. Oedenrode 17-4-1784 (Joes Koppens et Maria van Hoorn).

6. Henricus van Horen, ged. St. Oedenrode 29-9-1785 (Petrus Coppens et Joanna Grnumans).

7. Adriana van Horen, ged. St. Oedenrode 29-7-1788 (Adrianus VersUrre et Henrica van Hooren).

8. Gerardus van Horen, ged. St. Oedenrode 11-8-1790 (Gerardus van Horen et Maria van Horen).

VIc.     Petrus van Horen, ged. St. Oedenrode 8-8-1754 (Joannes van der Heyden et Maria van Hoorne), Mulder van St. Oedenrode; ffV7) en Nistelrode overl. Nistelrode 28-5-1817, huwt 1e ald. 5           -5-1782 Petronella van Drunen, overl. ald. 8-10-1795, dr.v. Petrus, huwt 2e ald. 8-2-1798 (met disp.) Lamberta Dr.v.

De naam D. van Hoorn uit de 19e eeuw, gekerfd in de rembalk van de Nistelrooijse molen Windlust.

Uit het 1e huwelijk :

1. Petrus van Horn, ged. Nistelrode 6-2-1783, Mulder van Nistelrode.

2. Aegidius, volgt VIIe.

3. Gerardus van Horen, ged. St. Oedenrode 21-3-1788 (Jacobus van Drunen et Johanna van Horen), overl. Nistelrode 28-2-1819 ongehuwd.

4. Anna Maria van Horen, ged. St. Oedenrode 15-11-1790 (Joannes van Drunen et Henrica van Horen), huwt Jan Franken, geb. 1787, landbouwer te Nistelrode. n. Henricus van Horen, ged. St. Oedenrode 8-3-1793 (Nicolaas Coppens et Antonia Koppens), roggebroodbakker te Nistelrode.

6. Joanna van Horen, ged. Nistelrode 9-1-1795 (Judocus Petri van Drunen et Anna Margaretha van Horen), overl. ald. 10-8-1833, huwt ald. 17-11-1827 Henricus van Steenbergen, ged. ald. 26-10-1793, grofsmid ald., zn. v. Peter Corstiaans, smid ald., on v. Wilhelmina Jacobs.

Uit het 2e huwelijk :

7. Petronella van Horen, ged. Nistelrode 4-8-1798 (Franciscus van Drunen), overl. ald. 17-4-1799.

8. Penninx Gerardus, volgt VII f. 7i Mulder van St Oedenrode en wel op de WOLFSWINKEL aldaar.

9. Matheus van Horen, ged. Nistelrode 1-11-1802, Mulder van Nistelrode, huwt ald. 4-6-1835 Maria Bevers, ged. Heesch 4-2-1804, dr. v. Adriaen en Crijn Ruys.

Gesloten standerd molen de Windlust Nistelrode.

VII. Wilhelmus van Horen, ged. St. Oedenrode 20-11-1736, huwt ald. 25-9-1763 Joanna Maria van Rulo, ged. ald. 2-9-1744, dr. v. Adrianus en Catharina de Groot.

Uit dit huwelijk :

l. Gerardus, volgt VIII.

2. Anna Maria van Horen, ged. St. Oedenrode 11-2-1765 (Judocus van Horen et Johanna Maria van Rulo), huwt ald. Henricus van Kleef, waaruit een ald. 1-12-1799 ged. dr., Antonetta v. Kleef.

3. Adrianus van Horen, ged. St. Oedenrode 24-1-1768 (Simon van Rulo cl Catharina van der Hurck).

4. Catharina van Horen, :;ed. St. Oedenrode 24-8-1770 (Bartholomeus van den Berck et Petronella van Rulo), overl. ald. 8-7-1824, huwt Christiaan Kemps.

5 Petronella van Horen, ged. St. Oedenrode 3-7-1772 (Joannes van Hees et Maria Raymakers), huwt ald. 12-2-1804 Joannes Vervoort, zn. v. Franciscus, waaruit ald. ged. kinderen.

6.Johanna van Horen, ged. St. Oedenrode 17-4-1774 (Joannes van de Maasdijk et Petronella van Rulo), overl. ald. 19-2-1831, ongehuwd.

7. Henricus van Horen, ged. St. Oedenrode 15-6-1776 (Paulus van Rulo et Joanna van de Ven).

8. Henricus van Horen, ged. St. Oedenrode 26-10-1787 (Gerardus van Horen et Anna Maria van Horen.

VIIa.    Joannes van Horen, ged. St. Oedenrode 30-11-1738 (Adrianus van Hoorn et Joanna Gerardi Vervoort), huwt Catharina van den Hurck, dr. v. Paulus. Mulder te Best.

Uit dit huwelijk :

1. Joanna Maria van Horen, ged. Best 20-11-1768.

2. Gerardus van Horen, ged. Best 26-7-1771.

3. Paulus van Horen, ged. Best 5-1-1774.

4. Joanna van Horen, ged. Best 12-1-1776.

5. Adriana van Horen, ged. Best 21-10-1778, overl. St. Oedenrode 6-1-1841, huwt Willem van Oorschot.

6. Ida van Horen, ged. Best 20-11-1781, overl. Liempde 31-3-8 Joannes van Horen overleed Best 15-5-1804.

1819, huwt 1e Joost van de Laar, huwt 2e ald. 1-2-1817 Francis van Emmerick, ged. ald. 28-4-1777, landbouwer ald., zn. v. Johannes en Adriaantje van Kroonenburg.

7. Petrus, volgt VIII a.

8. Paulus, volgt VIII b.

9. Paulina van Horen, ged. Best 8-2-1790, overl. ald. 8-6-1790 („Paulina Jan Gerrits van Hoorn”),

10 Maria van Horen, ged. Best 1-9-1791, overl. ald. 23-5-1796.

VIIb.    Gerardus van Horen. ged. St. Oedenrode 12-12-1742 (Thomas Raymakers et Catharina Hulsen), huwt 1e Joanna van Heumen, huwt 2e St. Oedenrode 10-10-1772 Joanna van Horen (Vc, 6), ged. ald. 12-5-1747, overl. ald. 6-2-1824, dr. v. Egidius en Gertrudis van der Quinen.

Uit het 1e huwelijk :

1. Joanna Maria van Horen, ged. St. Oedenrode 10-11-1767 (Joes van Heumen et Anna Maria van den Heuvel), verm. jong overl.

Uit het 2e huwelijk :

2. Joanna van Horen, ged. St. Oedenrode 20-10-1773 (Egidius van Horen et Antonia Coppens), huwt ald. 16-6-1799 Anthony Dirkx, geb. Veghel, zn. v. Peter.

3. Joanna Maria van Horen, ged. St. Oedenrode 10-9-1775 (Henricus van Horen et Gertrudis van Quinen).

4. Petronella van Horen, ged. St. Oedenrode 24-12-1777 (Petrus van Horen et Henrica van Horen), overl. ald. 20-3-1842, ongehuwd.

5. Odila of Deliaentien van Horen, ged. St. Oedenrode 1-5-1780 (Gerardus van Horen et Maria van Horen).

6. Gerardus van Horen, ged. St. Oedenrode 20-7-1782 (Jacobus Bogaerts et Margaretha van Horen), verm. j. overl.

7. Gerardus van Horen, ged. St. Oedenrode 15-9-1783 (Jacobus Bogaerts et Margaretha van Horen).

8. Henrica van Horen, ged. St. Oedenrode 14-7-1786 (Petrus van Horen et Maria van Horen), huwt ald. 29-5-1808 Joannes van der Spaak, zn. v. Joannes.

9. Joannes van Horen, ged. St. Oedenrode 12-11-1788 (Theodorus van Nistelroy et Petronella van Drunen).

10. Antonius van Horen, ged. St. Oedenrode 30-5-1791 (Petrus van Zummeren et Joanna van Hoorn).

VII c. Adrianus van Horen, ged. St. Oedenrode 24-5-1746 (Thomas Raymakers et . . . ) , overl. Oirschot 15-11-1815,

126

huwt 1e Joanna van de Ven, dr. v. Willem, huwt 2e Joanna Snellaers, dr. v. Gijsbert.

Uit het 1e huwelijk :

1. Gerardus, volgt VIII c.

2. Joanna van Horen, ged. St. Oedenrode 24-1-1779 (Joannes van Horen et Maria van de Ven).

3. Joannes van Horen, ged. Best 16-10-1782, overl. ald. 31-8-1795.

4. Joannes, volgt VIII d.

Uit het 2e huwelijk :

5. Henricus van Horen, ged. Best 9-1-1792.

6. Joanna Maria van Horen, ged. Best 12-9-1794.

7. Ida van Horen, ged. Best 2-2-1797.

8. Joannes van Horen, ged. Best 10-4-1799, klompenmaker,

overl. ald. 30-3-1831.

VII d. Petrus van Horen, ged. Stiphout 8-3-1772 (Franciscus Schalcks et Maria van Veghel), overl. ‘s-Bosch 11-9-1829, huwt Bakel 13-9-1795 Catharina van Gerwen, ged. ald. 2-5-1772, overl. ‘s-Bosch 4-12-1830, dr. v. Gerardus Francisz.en Wilhelmina Godefridi van den Eynden. Mulder o.a. te Bakel en ‘s-Bosch.

Uit dit huwelijk :

1.Petrus, volgt VIII e.

2. Govarda Henrica van Horen, ged. St. Michielsgestel 26-5-1802 (Gerardus van Gerwen et Martina van Horen).

3. Franciscus van Horen, ged. ‘s-Bosch (St. Cath.) 23-2-1804.

4. Antonia van Horen, ged. ‘s-Bosch (St. Cath.) 26-2-1805.

5. Joannes van Horen, ged. ‘s-Bosch (St. Cath.) 15-4-1807.

6. Joanna Maria van Horen, ged. ‘s-Bosch (St. Cath.) 10-6-1808.

7. Jacobus, volgt VIII f.

8. Geertrui van Horen, geb. ‘s-Bosch 1-5-1814, overl. ald. 13-8-14.

9. Gerardus van Horen, geb. ‘s-Bosch 20-11-1818.

(Wordt vervolgd) ‘s-Hertogenbosch. J. A. W. Swane.

4 comments

  1. Parenteel van Dielis Gerit Dielissen

    1 Dielis Gerit Dielissen. Hij trouwde met Margrieta Roeloffs.
    Kind van Dielis Gerit Dielissen en Margrieta Roeloffs:

    1 Gerardus (Dillissen/Egidius) de Jonge van Ho(o)ren/Horn, geboren op 04-12-1670 in Veghel. Volgt 1.1.

    1.1 Gerardus (Dillissen/Egidius) de Jonge van Ho(o)ren/Horn is geboren op 04-12-1670 in Veghel, zoon van Dielis Gerit Dielissen (zie 1) en Margrieta Roeloffs. Hij is overleden.Hij trouwde, 30 jaar oud, op 22-11-1701 in Sint-Oedenrode met Hendrina/Henrica (Hendrina Peter Marcx?). Zij is een dochter van Petrus Lucas Merckx en Mechteld Antonius van Gestel‏. Zij is overleden.
    Kinderen van Gerardus (Dillissen/Egidius) de Jonge van Ho(o)ren/Horn en Hendrina/Henrica (Hendrina Peter Marcx?):

    1 Margareta van Horen [1.1.1], geboren op 01-10-1701 in Sint-Oedenrode.

    2 Joannes (Jan) -Gerardus- van Ho(o)ren/Horn(e), geboren op 26-07-1704 in Sint-Oedenrode. Volgt 1.1.2.

    3 Meghtildis van Horen [1.1.3], geboren op 16-10-1708 in Sint-Oedenrode.

    4 Aegidius van Hooren [1.1.4], geboren op 02-02-1713 in Sint-Oedenrode.

    5 Egidius van Horen [1.1.5], geboren op 09-02-1714 in Sint-Oedenrode.

    1.1.2 Joannes (Jan) -Gerardus- van Ho(o)ren/Horn(e) is geboren op 26-07-1704 in Sint-Oedenrode, zoon van Gerardus (Dillissen/Egidius) de Jonge van Ho(o)ren/Horn (zie 1.1) en Hendrina/Henrica (Hendrina Peter Marcx?). Hij trouwde, 36 jaar oud, op 23-04-1741 in Gemert met Petronilla Thonis Verhalle(n). Zij is een dochter van [waarschijnlijk] Antonius Claes Verhalle(n) en [waarschijnlijk] Sophia Huijberts Mesenbergs. Zij is overleden.
    Kinderen van Joannes (Jan) -Gerardus- van Ho(o)ren/Horn(e) en Petronilla Thonis Verhalle(n):

    1 Antonet(ta) (Johanna) Jan van Ho(o)ren/Antonia van Horne, geboren op 18-02-1747 in Heeze. Volgt 1.1.2.1.

    2 Petrus van Hooren [1.1.2.2], geboren op 14-02-1750 in Heeze.

    3 Petronilla van Horen [1.1.2.3], geboren op 28-04-1752 in Erp.

    1.1.2.1 Antonet(ta) (Johanna) Jan van Ho(o)ren/Antonia van Horne is geboren op 18-02-1747 in Heeze, dochter van Joannes (Jan) -Gerardus- van Ho(o)ren/Horn(e) (zie 1.1.2) en Petronilla Thonis Verhalle(n). Zij is overleden op 15-06-1814 in Son, 67 jaar oud.Zij trouwde, 23 jaar oud, op 03-02-1771 in Nederwetten met Jacobus Jan (Henricus Dionijsius/Denis) Harrix/Harikx/Harckx, 24 jaar oud. Hij is geboren op 03-04-1746 in Nederwetten, zoon van Jan Hendrik Denis/Harks en van den Marie Francisse van den Hout. Hij is overleden op 03-12-1820 in Son, 74 jaar oud.
    Kinderen van Antonet(ta) (Johanna) Jan van Ho(o)ren/Antonia van Horne en Jacobus Jan (Henricus Dionijsius/Denis) Harrix/Harikx/Harckx:

    1 Johanna Henricus (Harx) [1.1.2.1.1], geboren op 18-04-1771 in Nederwetten.

    2 Petrus Dionijsius (Harx) [1.1.2.1.2], geboren op 07-10-1772 in Nederwetten.

    3 Anna Maria Hendricus (Harks) [1.1.2.1.3], geboren op 11-11-1774 in Nederwetten.

    4 Getrudis Harx [1.1.2.1.4], geboren op 30-10-1776 in Nederwetten.

    5 Jo(H)annes Harrix, geboren op 27-05-1779 in Nederwetten. Volgt 1.1.2.1.5.

    6 Henrica Harekx [1.1.2.1.6], geboren op 07-01-1781 in Nederwetten.

    7 Joanna-Maria Harckx [1.1.2.1.7], geboren op 24-03-1783 in Nederwetten.

    8 Petronella Harckx [1.1.2.1.8], geboren op 12-04-1787 in Nederwetten.

    9 Petrus Harckx [1.1.2.1.9], geboren op 05-06-1790 in Nederwetten.

    1. Beste Max,

      Bedankt voor je bijdrage, ik ga hem publiceren. Toevallig ook van Horen’s in de familie?

      Groet,

      Paul

  2. Beste Paul,
    Mogelijk is het bij U bekend, mogelijk ook niet.
    In het Stadsjournaal van Eindhoven 1973 staat op 12 minuten en 23 seconden, een filmpje met geluid betreffende Piet van Hoorn en zijn contact met Vincent van Gogh.
    M.vr.gr..
    Jan Smeets

    1. Hoi Jan,

      Ja dat filmpje heb ik lang geleden al weer gezien, ik moet denk ik nog een keer downloaden. Volgens mij is het onderdeel van een uitzending zoals je aangaf? Dank je voor het attenderen!

      Groetjes,

      Paul

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *