Vechmaal (B)

-173-

HOOFDSTUK VIII.

HEERLIJKHEID VAN HORNES, DICHTBIJ VECHMAEL.

Het graafschap Looz had twee leengoederen van Hornes, het graafschap met deze naam en de heerschappij van Hornes, gelegen nabij Vechmael.

De heren die dit laatste domein bezaten droegen in hun wapenschild drie trompetten zoals de graven van Hornes. Stammen ze af van een cadet van dit huis? of was het landgoed bij Vechtmael ooit een van de residenties van de graven? We hebben hierover absoluut geen informatie; alles wat we vandaag denken te kunnen zeggen is dat het vanzelfsprekend lijkt dat er een zeker verband bestond tussen de twee huizen of domeinen.

De registers met de reliëfs van de Zaal van Kuringen, het feodale hof van het graafschap Loon, bevatten sinds het jaar 1566 de reliëfs van de heerlijkheid van Hornes; we zullen ze hier transcriberen:

  1. Johannes de Hoorne verhoogde ibidem (Kuringen) dimidiam partem villa de Horne en dimidiam partem molendini in Horne cum am pertinentiis.
    -174-
  2. Walter de Holede, loste daar de eerste helft van de hoge justitie van de stad Horne met zijn aanhorigheden af, zoals hun voorouders plachten te houden en te bezitten; ook de helft van een molen gelegen onder de jurisdictie van Horne.
  3. Walter de Holede loste Leodius op 16 februari af van de helft van de stad van hoge justitie met zijn aanhangsels, zoals zijn voorouders overeenkwamen te houden en te bezitten; ook de helft van een molen aan de wiek, gelegen onder de jurisdictie van Horne, in aanwezigheid van de heer Henry Guedegoven, soldaat, enz.
  4. Johannes de Hoerne loste daar van de nieuwe eigenaar de helft van de stad Hoerne af met het domein en de aanhorigheden, samen met de helft van de molen ibid. liggen
  5. Johan van Carsbeecke natuerlic son Henrici Wolters, van Carsbeecke, ontfinck te Ludic in den palleys, als wetlich man ende momboir joncfrouwe Lysbetten van Bethouwen, in den jaer XIVe ende XXXII, de Viten daegs in aprili, die andere helft dier heerlykheyt van Hoorne mit syne toebehoerten, soo wie die gelegen syn, in naten ende in droogen, na doot ende aflyvenisse joncfrouwe Aleyten van den Hoene, anders genaemt van Oley, der voorseyde joncfrouwe Lysbetten moeder, beheltelic allemalles goet recht ende macht te approberen alle testamenten ofte huwelic vorwaerden die van den vorseyden goeden gemaekt mogten syn. Daer waren by, etc.
    -175-
  6. William de Hoerne verhief in Kuringen, van de nieuwe eigenaar, in het voorgeschreven jaar van 14 mei, de helft van het domein van Hoerne, de stad, de molen en alle inkomsten van de rechten en aanhorigheden van hetzelfde domein.
  7. Joanne de Kersbeke, natuurlijke, loste Kuringen, als de mambour van Elizabeth de Bethouw, zijn vrouw, af van de nieuwe heer, op voornoemde dag, nog een helft van het domein van Hoerne, de stad, de molen en alle rechten en aanhorigheden van hetzelfde domein, heden, enz.
  8. William de Horne loste in het jaar en de dag voornoemd (10 januari) op ​​de plaats van het kasteel af van de nieuwe eigenaar, van Joanne de Cortenbach, luitenant, de helft van het domein van Hoerne, de stad, de molen en al het inkomsten, rechten en aanhorigheden van dezelfde eigenaar
  9. Item Joannes van Hoerne ontfangt die halve heerlykheyt van Hoerne, by Vechtmaele gelegen, etc. (op 7 juli 1506.)
  10. Joannes de Hoerne loste na de dood van William de Hoerne, zijn vader, af van Mulká, die op 7 en 12 januari de helft van het domein van Hoerne, de stad, de molen en alle pacht, enz. .
  11. Item anno XV ende XIII, den XXVII dach my, ontfangt juffrouwe Dierick tot Lier die halve heer- licheyt van Hoerne by Vechmaele gelegen, etc., en dit is ontfangen nae Jans van Hoerne Willemssoen die heer van Hoerne was,
  12. Ook in het jaar 15 en 13, op den lesten dach van april, komt meester Frans Van der Hulst, racdheer
    -176-
  13. in der Cancelrie van Brabant, en heeft bestodt die halve heerlykheyt van Hoern die joffrouce Dyerick van Hamal, vrouwe tot Lier, gecost hadde aen Jan van Hoern, Willemssoen van Hoern was, zaliger, gelegen by Veohmael, etc.
  14. Anno XV XXV, op maendach VI dach fe- bruary, heeft wylen huysvrouwe Willem van Horne, drossart tot Cortessem, saliger, voor eenen voorganger gesadt Rallem van Horion, Peertstael van Horion soen, van hare Loensche leen als zy possederende is nae in- halt, etc.
  15. In t’jaer XVe XXVII, op ten XXII dach junii, heeft Dirik van Appelter, etc., bekent dat hy vercocht heeft aen Jacob en Catherine van Horne, weltige kinderen Willem van Horne zaeliger, tweelf golt gulden gaer van goude ende swaer van gewichte, etc.
  16. Den vyfden dach february anno XVe viertich, soo heeft ontfangen te leene van stadhelder, Gielis Absolons, als wettich man ende momboir Anna Van der Hulst, die halve heerlicheyt van Horne by Vechmael gelegen met allen haeren toebehoorten, in natten en droogen gelegen als zy te leen sorterende is aen ons genadigen heere als grave van Loon.
  17. Guillaume de Hornes, die op 10 januari 1485 de helft van het leengoed van Hornes, nabij Vechmael, overnam, huwde Jeanne de Diest, die stierf in 1526 en werd begraven in het
    -177-
  18. klooster van Observanten te Rummen, onder een steen versierd met het wapen van Hornes met de drie hoorentjes, en van Diest met de klimmende leeuw, en voorzien van dit opschrift:
    HIER LIGT BEGRAVEN JOANNA VAN DIEST MYN VROUWE
    VAN DUFFELE WYLEN HUYSVROU JONCKER WILLEMS
    VAN HOERNE DROSSAERT TOT CORTERSHEM EN SYE STERFT Ao XV
    EN JACOB VAN HOERN HUNNEN SOEN DIE STERFT XVc XXVI
    VAN DUFTLE WYLEN BUYSVROU JONCKER WILLEMS
M. Wolters, Notice sur L’ancien comté de Hornes..1850