Johannes van Horne (Huerne)

Huern

JOHANNES DE HUERN loste daar van de nieuwe heer de helft van de stad (Dorp?)* Huern af met de jurisdictie van de hoge en lage van hetzelfde; ook de helft van de molen gesitueerd en de wilg die bij de molen zelf hoort. In tegenwoordigheid van voornoemde.

Het Loons Leenregister van Arnold van Horne (1379-1389)

*Mogelijk wordt hier Sint -Piers Horne bedoeld.

ca. 1379 Widingen

ABRAHAM DE HUERNE, zoon van wijlen Johannes van Huerne, verheft te Luik of God op 2 april, 22 maten bouwland gelegen nabij Widdingen nabij de genoemde straat op de dag van Eselswech, grenzend aan de goederen van de abt van Herkenrode enerzijds en de goederen van Lambert Hugen van Weremia anderzijds; ook 3 regalen en 1 kapoen boven de molen van Widdingen, volgens het rapport van Reyner de genoemde Guedjans, velen, voor hemzelf en zijn vrouw Katharina van Widdingen, aanwezig en instemmend daar, aangezien Renerus de genoemde goederen daar had verlost voor een nieuwe eigenaar. In aanwezigheid van Johan van Horpmale, Vastrard van Rommershoven, genaamd Bruynken van Wouteringen, Hermann Cuen, William van Tuijn. En er is een vergoeding van Duras (112).

Het Loons Leenregister van Arnold van Horne (1379-1389)